Inkoop eigen aandelen door OZR vormt belastbare verkrijging voor overdrachtsbelasting
Inkoop eigen aandelen door OZR vormt belastbare verkrijging voor overdrachtsbelasting
Gegevens
- Nummer
- 2025/1213
- Publicatiedatum
- 10 november 2025
- Auteur
- Redactie
- Rubriek
- Uitspraak
Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat een onroerendezaakrechtspersoon die haar eigen aandelen inkoopt en direct intrekt, een belastbare verkrijging doet voor de overdrachtsbelasting. De goedkeuring uit het beleidsbesluit is niet van toepassing.
Een bv die kwalificeert als onroerendezaakrechtspersoon (OZR) heeft in december 2020 de aandelen die een aandeelhouder (A nv) in haar hield ingekocht en vervolgens ingetrokken. De overige aandeelhouders (B bv en C bv) houden na de inkoop ieder 50% van de aandelen. De bv vraagt bij de aangifte overdrachtsbelasting om een tegemoetkoming op grond van onderdeel 6.3 van het besluit van de staatssecretaris van Financiën van 15 oktober 2015. De inspecteur legt echter een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting op van € 49.350 (na bezwaar verminderd tot € 24.675). De rechtbank verklaart het beroep van de bv ongegrond, waarna de bv in hoger beroep gaat.
Inkoop aandelen is een belastbare verkrijging Het hof stelt vast dat de bv een OZR is in de zin van artikel 4 Wbr. Uit rechtspraak van de Hoge Raad volgt dat inkoop van aandelen door een OZR, mits aan de kwantitatieve eis is voldaan, een belastbare verkrijging vormt. Dat de ingekochte aandelen direct worden ingetrokken, doet hier niet aan af. De heffing vindt plaats op het moment van verkrijging, over de waarde van het belang in de OZR.
Geen toepassing goedkeuring beleidsbesluit De bv beroept zich op onderdeel 6.3 van het beleidsbesluit van 15 oktober 2015, waarin onder voorwaarden een tegemoetkoming kan worden verleend. Volgens het hof geldt die goedkeuring alleen als de onderlinge gerechtigdheid van de aandeelhouders tot het vermogen niet wijzigt. Door de inkoop verandert de verhouding van de aandeelhouders van 50/25/25 naar 50/50, waardoor die gerechtigdheid wél wijzigt. De goedkeuring is daarom niet van toepassing. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.
Bron: Hof Den Bosch 08-10-2025, ECLI:NL:GHSHE:2025:2779
Wet: art. 4 WBRV