Betaling voor softwarelicentie door een in Zuid-Korea gevestigde distributeur kwalificeert niet als royalty. Belang verdragsposterieur OESO-commentaar
Betaling voor softwarelicentie door een in Zuid-Korea gevestigde distributeur kwalificeert niet als royalty. Belang verdragsposterieur OESO-commentaar
Gegevens
- Kenmerk
- KG:040:2025:4
- Publicatiedatum
- 10 juli 2025
- Bron
- Kennisgroepen Standpunten
- Status
- Geldig
Aanleiding
Een in Nederland gevestigde software-ontwikkelaar (hierna: X BV) verleent als auteur en eigenaar van software een licentie aan een in Zuid-Korea gevestigde distributeur. De distributeur verkrijgt daarmee het recht om sublicenties aan Zuid-Koreaanse klanten te verstrekken. Onder de sublicenties hebben de klanten het recht om de software voor eigen gebruik aan te wenden. De algoritmes en de broncode van de software maken geen deel uit van de licentie en het aan de software ten grondslag liggende auteursrecht blijft eigendom van X BV.
Onder de licentie verkrijgt noch de distributeur, noch de klant het recht om de software te exploiteren. Het is hen niet toegestaan om de software te reproduceren en zelf te verkopen, over te dragen of licenties te verlenen. Ook mogen zij de in gebruik verkregen software niet aanpassen of gebruiken voor het maken van afgeleide software.
X BV ontvangt van de distributeur een vergoeding voor de softwarelicentie.
Vraag
Kwalificeert de vergoeding voor de licentie die X BV van de distributeur ontvangt als een royalty in de zin van artikel 12, derde lid, van het Verdrag Nederland-Zuid-Korea 1978 (hierna: het Verdrag), zodat Zuid-Korea daarover (bron)belasting mag heffen?
Antwoord
Nee, de vergoeding die X BV voor de licentie van de distributeur ontvangt kwalificeert niet als royalty in de zin van artikel 12, derde lid, Verdrag. Artikel 7 Verdrag wijst de heffingsbevoegdheid over de vergoeding volledig toe aan Nederland.
Beschouwing
Het gebruik van of het recht van gebruik van een auteursrecht
Artikel 12, derde lid, Verdrag luidt als volgt:
“The term “royalties” as used in this Article means payments of any kind received as a consideration for the use of, or the right to use:
a) any copyright of literary, artistic or scientific work including cinematograph films; and
b) any patent, trade mark, design or model, plan, secret formula or process, industrial, commercial or scientific equipment; or information concerning industrial, commercial or scientific experience.”
De toelichtende nota bij het Verdrag vermeldt dat het OESO-modelverdrag 1963 tot uitgangspunt is genomen:
“De overeenkomst neemt de door het Fiscaal Comité van de OESO in 1963 opgestelde model-conventie tot uitgangspunt. In verschillende in de overeenkomst neergelegde bepalingen is daarvan echter afgeweken, met name ten einde rekening te houden met de specifieke positie van Korea als ontwikkelingsland. Dit vindt vooral zijn weerspiegeling in het feit dat ten aanzien van de bronstaatheffingen op dividenden, interest en royalty's hogere percentages zijn overeengekomen alsmede in het feit dat aan het begrip “vaste inrichting” (artikel 5) een wat ruimere inhoud is gegeven dan tussen geïndustrialiseerde landen gebruikelijk is.”
[Kamerstukken II 1978/79, 15517, nr. 1, p. 2.]
Behoudens de opmaak is de tekst van artikel 12, derde lid, Verdrag gelijk aan artikel 12, tweede lid, OESO-modelverdrag 1963. Dat tweede lid luidt als volgt:
“The term "royalties" as used in this Article means payments of any kind received as a consideration for the use of, or the right to use, any copyright of literary, artistic or scientific work including cinematograph films, any patent, trade mark, design or model, plan, secret formula or process, or for the use of, or the right to use, industrial, commercial, or scientific equipment, or for information concerning industrial, commercial or scientific experience.”