Overheidstakenvrijstelling levering ander water dan drinkwater
Overheidstakenvrijstelling levering ander water dan drinkwater
Gegevens
- Kenmerk
- KG:211:2025:10
- Publicatiedatum
- 31 oktober 2025
- Bron
- Kennisgroepen Standpunten
- Status
- Geldig
Aanleiding
Een privaatrechtelijk overheidslichaam is actief als drinkwaterbedrijf. Het bedrijf verricht de wettelijk verplichte drinkwateractiviteiten, maar levert naast en/of samen met drinkwater ook ander water dan drinkwater. De vraag is op welke van de activiteiten van het drinkwaterbedrijf de overheidstakenvrijstelling van artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: Wet Vpb 1969) van toepassing is.
Vragen
Zijn de voordelen van de drinkwateractiviteiten vrijgesteld van vennootschapsbelasting op basis van de overheidstakenvrijstelling als bedoeld in artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, Wet Vpb 1969?
Zijn de voordelen van niet-drinkwateractiviteiten (zoals ‘ander water’- activiteiten) vrijgesteld van vennootschapsbelasting op basis van de overheidstakenvrijstelling als bedoeld in artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, Wet Vpb 1969?
Is een gemengde levering van zowel ‘drinkwater’ als ‘ander water’ aan bijvoorbeeld grootverbruikers door een drinkwaterbedrijf vrijgesteld van vennootschapsbelasting op basis van de overheidstakenvrijstelling van artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, Wet Vpb 1969?
Antwoorden
Ja, alleen op voordelen uit de (wettelijk verplichte) drinkwateractiviteiten is de overheidstakenvrijstelling van artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, Wet Vpb 1969 van toepassing.
Nee, op voordelen uit de niet-drinkwateractiviteiten (zoals de levering van ‘ander water’) is de overheidstakenvrijstelling van artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, Wet Vpb 1969 niet van toepassing.
In geval van een gemengde levering door een drinkwaterbedrijf, aan bijvoorbeeld grootverbruikers, dient de gemengde levering te worden gesplitst in ‘drinkwater’ (een drinkwateractiviteit) en ‘ander water’ (een niet-drinkwateractiviteit) voor de toepassing van de overheidstakenvrijstelling van artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, Wet Vpb 1969.
Beschouwing
Inleiding
Drinkwaterbedrijven verrichten verschillende activiteiten. De activiteiten worden verdeeld in drinkwateractiviteiten (de wettelijke activiteiten) en niet-drinkwateractiviteiten (de niet-wettelijke activiteiten). Alleen met betrekking tot de wettelijke activiteiten is de Drinkwaterwet van toepassing. Het doel van de Drinkwaterwet (artikel 2) is de duurzame veiligstelling van de openbare drinkwatervoorziening in Nederland.
Drinkwaterbedrijven moeten op grond van de Drinkwaterwet onderscheid maken tussen ‘drinkwater’ en ander water dan drinkwater (hierna: ‘ander water’), onder andere omdat de wettelijke zorg- en leveringsverplichtingen en de bepalingen rond kostendekkende drinkwatertarieven alleen gelden voor de levering van drinkwater. Betreft het ander water dan is sprake van een niet op een wettelijke taak gebaseerde activiteit die niet onder de zorg- en leveringsplicht valt.
Aan grootverbruikers leveren drinkwaterbedrijven (drink)water dat voldoet aan de kwaliteitsvoorwaarde voor meerdere toepassingen, dat wil zeggen zowel voor huishoudelijk gebruik als voor andere bestemmingen.