Hoge Raad, 29-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2863, 14/03145
Hoge Raad, 29-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2863, 14/03145
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 29 september 2015
- Datum publicatie
- 29 september 2015
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:2863
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:1033
- Zaaknummer
- 14/03145
Inhoudsindicatie
Alcoholslotprogramma (asp). Vervolg op ECLI:NL:HR:2015:1819, waarin de raadsman van verdachte in de gelegenheid is gesteld om zijn stelling dat sprake is van dubbele vervolging in die zin dat verdachte t.z.v. hetzelfde feit de verplichting is opgelegd tot deelname aan het asp, alsnog te staven met bescheiden aan de herkomst en betrouwbaarheid waarvan in redelijkheid niet behoeft te worden getwijfeld. O.g.v de door de raadsman alsnog ingezonden stukken kan in cassatie als vaststaand worden aangenomen dat i.c. aan verdachte t.z.v. hetzelfde feit de verplichting tot deelname aan het asp is opgelegd. Dat betekent dat het OM in zijn vervolging van verdachte t.z.v. dat feit n-o is.
Uitspraak
29 september 2015
Strafkamer
nr. S 14/03145
LBS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, van 2 juni 2014, nummer 21/007543-13, in de strafzaak tegen:
[verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1959.
1 Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. J.J.D. van Doleweerd, advocaat te Amersfoort, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest, behoudens voor zover daarbij het vonnis van de Politierechter is vernietigd, en tot niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 7 juli 2015, ECLI:NL:HR:2015:1819, bepaald dat de raadsman van de verdachte in de gelegenheid wordt gesteld om binnen acht weken na te noemen stukken in te zenden.
De raadsman heeft van die gelegenheid gebruik gemaakt.
2 Nadere beoordeling van het tweede middel
Het middel klaagt dat te dezen sprake is van een dubbele vervolging aangezien ter zake van hetzelfde feit én de verdachte de verplichting is opgelegd tot deelname aan het alcoholslotprogramma (hierna: asp) én tegen hem de onderhavige strafvervolging is ingesteld.
In voormeld arrest is bepaald dat de raadsman van de verdachte in de gelegenheid behoort te worden gesteld zijn stelling dat sprake is van dubbele vervolging in die zin dat de verdachte ter zake van hetzelfde feit de verplichting is opgelegd tot deelname aan het asp, alsnog te staven door de overlegging van bescheiden aan de herkomst en betrouwbaarheid waarvan in redelijkheid niet behoeft te worden getwijfeld.
Op grond van de door de raadsman alsnog ingezonden stukken kan in cassatie als vaststaand worden aangenomen dat in de onderhavige zaak aan de verdachte ter zake van hetzelfde strafbare feit de verplichting tot deelname aan het asp is opgelegd. Dat betekent dat het Openbaar Ministerie in zijn vervolging van de verdachte ter zake van dat feit niet-ontvankelijk is.
Het middel is terecht voorgesteld.
3 Slotsom
Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven, het eerste middel geen bespreking behoeft en als volgt moet worden beslist.