Home

Rechtbank Oost-Brabant, 19-08-2024, ECLI:NL:RBOBR:2024:3739, 22/813

Rechtbank Oost-Brabant, 19-08-2024, ECLI:NL:RBOBR:2024:3739, 22/813

Gegevens

Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Datum uitspraak
19 augustus 2024
Datum publicatie
4 november 2024
ECLI
ECLI:NL:RBOBR:2024:3739
Zaaknummer
22/813

Inhoudsindicatie

Belastingrecht, Wet WOZ, Bpb: ‘Schriftelijke hoorzitting’: eiseres krijgt geen punt voor een hoorzitting in bezwaar, omdat zij uitsluitend een nader stuk heeft ingediend, dat de heffingsambtenaar heeft meegenomen in de uitspraak op bezwaar. Dat onderscheidt zich materieel niet van een hoorzitting in de zin van Afdeling 7.2 van de Awb. De rechtbank is niet gebonden aan een partijafspraak over toekenning van proceskosten. Dat de afspraak is gemaakt tijdens de coronaperiode en het stuk tijdens de ‘harde lockdown’ is ingediend, leidt niet tot een ander oordeel.

Uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Zittingsplaats 's-Hertogenbosch

Bestuursrecht

zaaknummer: SHE 22/813

[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres

(gemachtigde: ir. J.G.J. Frissen),

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Waalre, de heffingsambtenaar

(gemachtigde: G. van der Meulen).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de hoogte van de WOZ1-waarde van de woning aan [adres] (hierna: de woning).

1.1.

De heffingsambtenaar heeft de WOZ-waarde van de woning met de beschikking van 26 februari 2021 vastgesteld op € 717.000. De waarde is vastgesteld per waardepeildatum 1 januari 2020 en voor het kalenderjaar 2021. De WOZ-beschikking is opgenomen in het aanslagbiljet van dezelfde datum. In dit aanslagbiljet heeft de heffingsambtenaar ook de aanslag onroerendezaakbelasting 2021 opgelegd.

1.2.

De heffingsambtenaar heeft met de uitspraak op bezwaar van 11 februari 2022 (de bestreden uitspraak) de waarde gehandhaafd.

1.3.

De heffingsambtenaar heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.

1.4.

Eiseres heeft nadere stukken ingebracht.

1.5.

De rechtbank heeft het beroep op 11 april 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van de heffingsambtenaar. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

1.6.

De rechtbank heeft met het bericht van 21 mei 2024 medegedeeld het onderzoek te heropenen.

1.7.

Eiseres heeft een nader stuk ingediend.

1.8.

De rechtbank heeft partijen laten weten dat zij een nieuwe zitting niet nodig vindt en heeft het onderzoek gesloten.

Feiten

Beoordeling door de rechtbank

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep