Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28-05-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:3324, BRE 24/4735
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28-05-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:3324, BRE 24/4735
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 28 mei 2025
- Datum publicatie
- 5 juni 2025
- Zaaknummer
- BRE 24/4735
- Relevante informatie
- Art. 2.17 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
Verzoek ambtshalve vermindering 2021. De onderlinge verhouding van de gezamenlijke grondslag sparen en beleggen kan niet worden gewijzigd nadat de aanslag onherroepelijk vast is komen te staan. Hetzelfde geldt voor de keuze om het voledige jaar als fiscaal partner te worden aanhemerkt. Beroep ongegrond.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 24/4735
de erven [belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 17 april 2024.
De inspecteur heeft het verzoek van belanghebbende om ambtshalve vermindering van de aan [belanghebbende] (erflater) opgelegde aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2021 afgewezen.
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep op 24 april 2025 met behulp van een beeldverbinding op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van belanghebbende en namens de inspecteur, [inspecteur 1] en mr. [inspecteur 2]. Het beroep is gelijktijdig behandeld met het beroep in de zaak met zaaknummer BRE 24/7608.